Onveiligheidsgevoelens grootst in Randstad en Zuid-Limburg
Steeds minder Nederlanders geven aan zich onveilig te voelen. Zei in 2012 nog 37 procent zich in het algemeen wel eens onveilig te voelen, in 2019 was dat 32 procent. Ook de onveiligheidsgevoelens in de eigen buurt en op plekken in de eigen woonplaats worden minder vaak gerapporteerd. Dat meldt het CBS op basis van de Veiligheidsmonitor 2019.
Het aandeel Nederlanders van 15 jaar of ouder dat in 2019 opgaf zich in eigen buurt wel eens onveilig te voelen, is minder groot dan in voorgaande jaren. Vorig jaar voelde 14 procent van de mensen zich wel eens onveilig in de eigen buurt, tegen 16 procent in 2017 en 18 procent in 2012.
Ook onveiligheidsgevoelens op plekken in woonplaats afgenomen
Onveiligheidsgevoelens in de woonplaats zijn het grootst op plekken waar groepen jongeren rondhangen. 36 procent van de Nederlanders voelde zich daar in 2019 wel eens onveilig. Het minst onveilig voelen ze zich in eigen huis. 6 procent gaf dat aan.
Voor de meeste plekken in de woonplaats geldt dat het aandeel Nederlanders dat zegt onveiligheidsgevoelens te hebben in 2019 lager is dan twee jaar eerder. Alleen rondom winkelgebieden of winkelcentra zijn deze gevoelens ongeveer gelijk gebleven. Vergeleken met 2012 zijn de onveiligheidsgevoelens op alle plekken gedaald.
Onveiligheidsgevoelens relatief hoog onder jongeren
De veiligheidsbeleving verschilt per leeftijd. 15- tot 25-jarigen en 25- tot 45-jarigen voelen zich onveiliger dan 45- tot 65-jarigen en 65-plussers. Zo meldt 40 procent van de jongeren van 15 tot 25 jaar zich over het algemeen wel eens onveilig te voelen, van de 65-plussers is dat 23 procent. Bij de algemene onveiligheidsgevoelens is dit verschil groter dan bij de onveiligheidsgevoelens in de buurt.
De gerapporteerde onveiligheidsgevoelens in de buurt zijn in 2019 bij alle leeftijdsgroepen lager dan in 2012. Dat geldt ook voor de algemene onveiligheidsgevoelens.
Meer dan helft jonge vrouwen voelt zich wel eens onveilig
Het aandeel vrouwen dat zich vorig jaar onveilig voelde, is groter dan het aandeel mannen. Met name bij jonge vrouwen (15 tot 25 jaar) zijn de onveiligheidsgevoelens aanzienlijk groter dan bij jonge mannen. Meer dan de helft (54 procent) van de jonge vrouwen voelde zich in het algemeen wel eens onveilig, tegen 26 procent van de jonge mannen.
Onveiligheidsgevoelens in buurt sterkst afgenomen in Zeeland
In 2019 voelde 18 procent van de inwoners van Limburg zich wel eens onveilig in de buurt. Ook in Zuid-Holland (17 procent), Flevoland en Noord-Holland (16 procent) waren deze onveiligheidsgevoelens verhoudingsgewijs hoog. Relatief gering was het onveiligheidsgevoel in Zeeland (9 procent), Drenthe en Overijssel (beide 10 procent).
Vergeleken met 2012 zijn de gemelde onveiligheidsgevoelens in de buurt in veel provincies minder groot. De daling was met 36 procent het sterkst in Zeeland. Ook in Overijssel (28 procent) en Utrecht (26 procent) waren de onveiligheidsgevoelens in 2019 beduidend minder groot dan zeven jaar eerder. In de provincie Flevoland was de afname met 1 procent het zwakst.
Onveiligheidsgevoelens in buurt grootst in Randstad en Zuid-Limburg
Van alle gemeenten met 70 duizend inwoners of meer zijn de onveiligheidsgevoelens in de buurt in 2019 relatief groot in Heerlen (30 procent). Ook in Rotterdam en Schiedam (26 procent) voelen mensen zich verhoudingsgewijs vaker onveilig.
In Hoeksche Waard en Meierijstad (7 procent) was het aandeel mensen dat zich wel eens onveilig voelt in de buurt relatief klein.