Generieke medicijnen 5,5% duurder

In april en oktober van elk jaar stelt de minister van VWS op basis van de Wet Geneesmiddelenprijzen (WGP) maximumprijzen voor receptgeneesmiddelen vast

De prijzen van receptgeneesmiddelen binnen het basispakket zijn per 1 april gemiddeld met ongeveer 0,2% gedaald ten opzichte van de maand ervoor. Deze daling is gelijk aan die in het afgelopen halfjaar waarin het prijspeil van generieke geneesmiddelen en van spécialités tegengestelde ontwikkelingen hebben ondergaan. Dat meldt de SFK deze week in het Pharmaceutisch Weekblad.

De prijzen van receptgeneesmiddelen binnen het basispakket zijn per 1 april gemiddeld met ongeveer 0,2% gedaald ten opzichte van de maand ervoor. Deze daling is gelijk aan die in het afgelopen halfjaar waarin het prijspeil van generieke geneesmiddelen en van spécialités tegengestelde ontwikkelingen hebben ondergaan. 

In april en oktober van elk jaar stelt de minister van VWS op basis van de Wet Geneesmiddelenprijzen (WGP) maximumprijzen voor receptgeneesmiddelen vast. De SFK berekende dat de prijzen van receptgeneesmiddelen per 1 april met gemiddeld 0,2% zijn gedaald en dat ze in de maanden daarvoor gemiddeld ongeveer gelijk zijn gebleven. De afzonderlijke prijsindices van spécialités en generieke geneesmiddelen maakten in het afgelopen halfjaar een verschillende ontwikkeling door: spécialités werden gemiddeld 1,9% goedkoper en de generieke middelen gemiddeld 5,5% duurder. Het prijsniveau voor de generieke markt is daarmee terug op het niveau van januari 2017.

Dalers en stijgers
De meest opvallende prijsdaling onder druk van de WGP is die van het combinatiepreparaat Orkambi (200/125), een middel bij taaislijmziekte. De lijstprijs daalde in april van dit jaar met 10,9%. Vanwege geheime prijsafspraken tussen de minister en de fabrikant is de werkelijke prijs die de overheid betaalt, onbekend. Prijsdalingen die verder het meest bijdroegen aan de indexontwikkeling per 1 april  zijn die van het astmacombinatiemiddel salmeterol met fluticason, met een gemiddelde prijsdaling van 8%, gevolgd door cholesterolverlager ezetimib, al dan niet in vaste combinatie met simvastatine, (-12,7%) en insuline degludec (-7,8%). Voor de bijdrage aan de indexontwikkeling is niet alleen de prijsdaling van belang maar ook de hoeveelheid die er van een middel wordt verstrekt.

Met een gemiddelde prijsstijging van 4,6% in april van dit jaar droeg colecalciferol het meest bij aan de opwaartse druk op de prijsindex. Daarna komt fentanyl (+2,2%) en het door verontreinigingen geplaagde losartan (+14,7%).

Spécialité en generiek
Op de site van de SFK ziet u op bijgaande figuur de ontwikkeling van de prijsindex sinds januari 2017, en de afzonderlijke indices voor spécialités en generieke geneesmiddelen. Waar de prijsindex voor spécialités alleen maar een neerwaartse tendens vertoont, heeft die van de generieke middelen een grillig verloop  De duidelijke piek in januari 2018 wordt vooral veroorzaakt door prijsstijgingen van Omecat 20 mg (omeprazol) en Pensa 40 mg (pantoprazol). De prijzen van deze twee middelen, die ondanks hun merknamen tot het generieke segment horen, werden binnen een maand ruim veertien, respectievelijk acht keer zo duur. 

Stijgende prijzen over de hele breedte van een segment, zoals het laatste halfjaar bij de generieke geneesmiddelen, is een nieuw fenomeen. Apothekers met contracten met zorgverzekeraars waarin een vast bedrag wordt vergoed voor een vaste hoeveelheid geneesmiddelen, lopen het risico dat de vergoeding achterblijft bij de inkoopprijzen.

Tags bij dit artikel:

• geneesmiddelen
• basispakket
• zorgverzekeraars
• SFK
• prijsstijging
• minister van VWS
• Wet geneesmiddelenprijzen
• receptgeneesmiddelen