Nederlandse openbare apotheken verstrekten in 2016 aan iets meer mensen een cholesterolverlager dan in het jaar daarvoor.
Op een totaal van ongeveer twee miljoen mensen bedroeg de stijging ongeveer 15.000, wat neerkomt op 0,8%. De toename van het aantal gebruikers lijkt zich vooral voor te doen in de leeftijdscategorie van 70 tot en met 74 jaar, maar dat is een onjuiste interpretatie. Dat schrijft de SFK deze week in het Pharmaceutisch Weekblad.
Bij de interpretatie van gebruikscijfers van geneesmiddelen speelt de naoorlogse geboortegolf soms een belangrijke rol. Zo blijkt uit cijfers van de SFK dat in 2016 het aantal gebruikers van cholesterolverlagers in de leeftijd van 70 tot en met 74 jaar is toegenomen met 30.000. Dat komt neer op een stijging van het aantal gebruikers in die leeftijdscategorie met 10%.
In dezelfde periode is het aantal gebruikers van deze middelen in de leeftijdscategorie van 65 jaar tot en met 69 jaar afgenomen met 15.000 mensen (-4%). Daardoor lijkt het dat het gebruik van cholesterolverlagers door mensen in deze leeftijdscategorieën sterk is toegenomen, respectievelijk afgenomen. Maar het is niet wat het lijkt.
Geboren in 1946
In het eerste jaar na de Tweede Wereldoorlog werden in Nederland 286.000 kinderen geboren, een aantal dat sindsdien niet meer is overtroffen (bron CBS). Ter vergelijking: in 1945, het laatste oorlogsjaar, was dat aantal 210.000 en in 1947 waren er 267.000 geboorten.
Degenen die in 2016 de 70-jarige leeftijd hebben bereikt, zijn in 1946 geboren. Vorig jaar ‘verhuisde’ deze lichting van de leeftijdscategorie 65 tot en met 69 jaar naar de categorie 70 tot en met 74 jaar. Dat blijkt van grote invloed te zijn op het aantal mensen in de betreffende categorieën.
Mede door deze groep nam het aantal mensen in de leeftijdscategorie 70-74 vorig jaar met bijna 80.000 toe tot 800.000 (+11%) en in de leeftijdscategorie 65-69 met 30.000 af tot 1,0 miljoen (-3%). Voor een juiste beoordeling van de toe- en/of afname van het aantal gebruikers van cholesterolverlagers (en ook natuurlijk van de andere geneesmiddelen) moeten dergelijke ontwikkelingen daarbij worden betrokken.
Een betere maat om het aantal gebruikers van geneesmiddelen in uit te drukken is om dat te relateren aan het aantal mensen in de leeftijdscategorie, bijvoorbeeld per 1000 (of 100.000) inwoners. Als dat voor de cholesterolverlagers wordt gedaan betekent dat het aantal gebruikers daarvan per 1000 inwoners voor de leeftijdscategorie 70-74 in 2016 met 1% is gedaald van 441 naar 436. Ook binnen de leeftijdscategorie 65-69 bedroeg deze daling 1%: het aantal gebruikers per 1000 inwoners nam af van 360 tot 356.
75 jaar en ouder
Voor de hier nog niet genoemde leeftijdscategorie 75 jaar en ouder steeg noch daalde het aantal gebruikers per 1000 inwoners. Deze groep bleef op het aantal 452 steken, terwijl het aantal inwoners in die leeftijdscategorie in één jaar tijd met 25.000 toenam (+2%).
Bron: SFK