KNMG-voorzitter René Héman: “Het mag niet, het kan nergens en in geen enkele vorm

Seksueel grensoverschrijdend gedrag komt ook in de gezondheidszorg voor, zo blijkt uit een enquête van Medisch Contact. De KNMG vindt dit absoluut ontoelaatbaar. KNMG-voorzitter René Héman: “Het mag niet, het kan nergens en in geen enkele vorm. Elke (jonge) arts die als gevolg van grensoverschrijdend gedrag emotionele problemen heeft of van werkplek verandert, is er één te veel. We moeten elkaar hier veel scherper op aanspreken.”

Bijna 30 procent van de artsen en studenten die reageerden op de enquête van Medisch Contact, een uitgave van artsenfederatie KNMG, zegt ooit een seksueel grensoverschrijdende situatie te hebben meegemaakt op de werkvloer. Variërend van ‘een grap’ tot handtastelijkheden, meestal ten koste van een (vrouwelijke) student of coassistent. De veroorzaker was vaak een in hiërarchie hoger staande arts; een deel van de respondenten noemt patiënten of hun familie.

Veilig werk- en leerklimaat
De uitkomsten van de enquête helpen de artsenfederatie om gerichter te kijken wat er nodig is om dit te veranderen. Héman: “Artsen krijgen vooral te maken met misplaatste grappen. Een grap lijkt onschuldig, maar kan iemand diep treffen, zeker in een hiërarchische verhouding. Juist waar de afhankelijkheid zo groot is, moet je nóg zorgvuldiger met elkaar omgaan dan normaal. Er moet een werk- en leerklimaat zijn waarin het gewoon is dat zulk gedrag besproken wordt en we elkaar scherp houden op het voorkomen van grensoverschrijdend gedrag. Zo maak je het bespreekbaar en laat je de vaak jonge collega’s en studenten niet in de kou staan. We weten immers allemaal hoe belangrijk een veilig leerklimaat is.”

Aanspreken op ontwrichtend gedrag
Een concrete leidraad vormt het KNMG-basisdocument Optimaal functioneren. Hierin staat dat artsen elkaar als collega moeten aanspreken bij ontwrichtend gedrag. Ook seksueel grensoverschrijdend gedrag valt hieronder. Een andere belangrijke leidraad voor het handelen van artsen zijn de KNMG-gedragsregels. Deze bevatten het uitgangspunt dat een arts bereid is tot openheid en communicatie over en evaluatie van zijn handelen. Héman: “De KNMG gaat dit jaar, in navolging van de Amerikaanse artsenorganisatie AMA, deze gedragsregels nader uitwerken en hierin expliciteren dat seksueel grensoverschrijdend gedrag niet getolereerd wordt.”

Vertrouwenspersoon
Uit de enquête blijkt dat maar heel weinig respondenten melding deden bij een vertrouwenspersoon. Héman: “Daar is dus nog werk aan de winkel. We moeten goed kijken of de processen wel goed zijn ingeregeld. Bij seksueel grensoverschrijdend gedrag is het belangrijk dat er onafhankelijke vertrouwenspersonen binnen werkorganisaties zijn en dat medewerkers weten waar ze die kunnen vinden.”