Verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg hadden het hoogste bedrijfsresultaat als percentage van de bedrijfsopbrengsten, ziekenhuizen het laagste
Het gezamenlijk bedrijfsresultaat van de vier grootste zorgsectoren is in 2024 gestegen naar 2,4 miljard euro. Hiermee zet de stijging van een jaar eerder door. De opbrengsten stegen sterker dan de kosten. Het bedrijfsresultaat als percentage van de bedrijfsopbrengsten was 2,7 procent, een jaar eerder was dit 1,9 procent. Verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg hadden het hoogste bedrijfsresultaat als percentage van de bedrijfsopbrengsten, ziekenhuizen het laagste. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Stijging bedrijfsopbrengsten vooral door hogere tarieven
De bedrijfsopbrengsten van de vier grootste zorgsectoren namen in 2024 met 8,2 procent toe naar 89,1 miljard euro. De groei kwam vooral door hogere tarieven. Met name de opbrengsten uit de zorg die door de Wet langdurige zorg (Wlz) wordt bekostigd stegen hierdoor (+10,0 procent). De opbrengsten uit de zorg die wordt betaald door de Zorgverzekeringswet (Zvw) namen minder sterk toe (+7,5 procent).
De stijging van de bedrijfsopbrengsten was niet bij alle zorgsectoren even groot. Deze was het grootst bij de geestelijke gezondheidszorg (+9,9 procent) en het laagst bij de ziekenhuizen (+6,7 procent).
Bedrijfskosten stijgen minder hard dan bedrijfsopbrengsten
In 2024 namen de totale bedrijfskosten met 7,3 procent toe naar 86,7 miljard euro. De arbeidskosten stegen met 9,2 procent sterker, mede door een flinke stijging van de cao-lonen.
Hier stond een lagere stijging van de honorariumkosten medische specialisten en overige bedrijfskosten tegenover (+5,1 procent). Deze stijging was minder groot dan een jaar eerder (+9,8 procent).
Aandeel kosten uitzendkrachten en overige inleen gedaald
De kosten van uitzendkrachten en overige inleen – onder meer zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) – stegen met 3,0 procent naar 4,8 miljard euro. De stijging is minder groot dan een jaar eerder, toen die nog 11,5 procent was. Het aandeel van deze kosten in de totale personeelskosten daalde voor het eerst in jaren: van 8,8 procent in 2023 naar 8,4 procent in 2024. In de gehandicaptenzorg bleef het aandeel van kosten van uitzendkrachten en overige inleen met 12,6 procent het grootst, terwijl het bij de ziekenhuizen met 5,0 procent het kleinst was.
Het ziekteverzuim in de zorgsector bleef in 2024 met 7,3 procent ongeveer even hoog als voorgaande jaren. Het lag daarmee weer boven het gemiddelde in Nederland (5,2 procent). Hoewel het aantal vacatures in Nederland sinds 2022 daalt, bleef het in de zorgsector met ruim 66 duizend openstaande vacatures op een hoog niveau. Dat het aandeel van de kosten van uitzendkrachten en overige inleen in de totale personeelskosten is gedaald, kan dus niet direct worden verklaard door een lager ziekteverzuim of minder vacatures. Dit aandeel is waarschijnlijk gedaald doordat instellingen rekening hielden met de handhaving van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties vanaf 2025, die onder andere is ingevoerd om schijnzelfstandigheid van zzp’ers te voorkomen.
Bron: CBS
/f_650_0063.jpg)
/G_650_168.jpg)
/G_650_294.jpg)
/H325_ing_48847_00740.jpg)
/a_650_0650.jpg)
/H325_IST_23580_04073_1.jpg)
/a_650_1731.jpg)
/H325_ISS_28936_12256.jpg)
