Steeds meer patiënten met kanker kunnen worden behandeld met zogenoemde checkpoint-remmers
Het was al enige tijd een brandende vraag binnen de oncologie: kunnen de succesvolle immuuntherapieën tegen melanomen ook worden toegediend aan patiënten met auto-immuunziekten? LUMC-onderzoekers laten nu zien dat dit mogelijk is. Immuuntherapie heeft zelfs dezelfde effectiviteit als in patiënten zonder een auto-immuunziekte. De resultaten verschenen 16 februari in het wetenschappelijke tijdschrift Annals of Internal Medicine.
Steeds meer patiënten met kanker kunnen worden behandeld met zogenoemde checkpoint-remmers. Dit is een therapie die het eigen immuunsysteem van de patiënt stimuleert om kankercellen aan te vallen. Onbekend was nog of deze immuuntherapie ook veilig en succesvol kon worden gegeven aan patiënten met vaak voorkomende auto-immuunziekten. “In deze studie laten we zien dat patiënten met een vergevorderd melanoom én een auto-immuunziekte deze therapie kunnen verdragen en dat het goed kan werken”, vertelt internist-oncoloog Ellen Kapiteijn.
Uitgesloten van grote studies
Deze resultaten zijn belangrijk omdat ongeveer één op de tien patiënten met een vergevorderd melanoom, een kwaadaardige vorm van huidkanker, ook last heeft van een auto-immuunziekte. “Bij patiënten met een auto-immuunziekte is het eigen immuunsysteem al op een bepaalde manier overactief en valt het eigen lichaamsweefsel aan. Daarom werden deze patiënten meestal niet toegelaten tot de grote internationale studies die de effectiviteit en veiligheid van immuuntherapie onderzochten”, legt Monique van der Kooij, arts-onderzoeker bij de Medische Oncologie uit.
Veilig en effectief
Om erachter te komen of deze patiënten veilig immuuntherapie kunnen ondergaan, analyseerden de onderzoekers de data van de Dutch Melanoma Treatment Registry, een registratie die door de 14 melanoomcentra in Nederland wordt bijgehouden. “In deze registratie worden patiënten met een vergevorderd melanoom geregistreerd, inclusief de behandeling die zij ontvingen, of er ernstige bijwerkingen optraden en of patiënten nog andere ziekten, zoals een auto-immuunziekte, hadden”, zegt Kapiteijn. In totaal werden 415 patiënten met een auto-immuunziekte vergeleken met bijna 4.000 patiënten zonder auto-immuunziekte.
Immuuntherapie niet uitsluiten
Uit de analyses blijkt dat immuuntherapie veilig kan worden gegeven aan patiënten met veel voorkomende auto-immuunziekten. “Het is zelfs even effectief als in patiënten zonder een auto-immuunziekte”, legt Van der Kooij uit. Voorzichtigheid is echter wel geboden bij patiënten met een chronische darmontsteking. Patiënten met deze vorm van auto-immuunziekte moesten door bijwerkingen vaker stoppen met hun immuuntherapie, maar ook dan kan de behandeling nog aanslaan.
“Al met al kunnen we concluderen dat bij patiënten met vergevorderd melanoom en een auto-immuunziekte, immuuntherapie niet bij voorbaat moet worden uitgesloten. In dit onderzoek laten we zien dat deze behandeling over het algemeen veilig kan worden gegeven, en dat deze ook in patiënten met een auto-immuunziekte kan leiden tot goede uitkomsten”, besluit Ellen Kapiteijn.
Lees het hele artikel in Annals of Internal Medicine