Dit blijkt uit het meest uitgebreide onderzoek dat tot nu toe is uitgevoerd naar het verband tussen de darmflora en immunotherapie

Het microbioom, de collectie van micro-organismen die in onze darm leven, kan de effectiviteit van de behandeling van kanker met immunotherapie beïnvloeden. Dit blijkt uit het meest uitgebreide onderzoek dat tot nu toe is uitgevoerd naar het verband tussen de darmflora en immunotherapie. In het UMCG zijn Geke Hospers van de afdeling medische oncologie en Rinse Weersma van de afdeling maag- darm- leverziekten jaren geleden gestart met dit onderzoek dat is uitgegroeid tot een grote Europese studie. De resultaten van het werk zijn 28 februari gepubliceerd in het gezaghebbende Nature Medicine.

Eerdere studies bij muizen en bij kleine groepen patiënten suggereerden dat het microbioom door de invloed op het immuunsysteem,  een rol speelt in de reactie van patiënten op immunotherapie; dit geldt in het bijzonder voor de behandeling van huidkanker (melanoom). Het doel van deze grote studie was om verder bewijs te zoeken hiervoor.  Tot nu toe is immunotherapie effectief bij ongeveer de helft van de patiënten met een gevorderd melanoom. Aangezien er manieren zijn om de samenstelling van de darmflora aan te passen voordat een oncologische behandeling begint, kan dit in de toekomst van grote betekenis zijn voor het effect van deze behandelingen.

Verband darmflora en effectiviteit behandeling huidkanker
In dit onderzoek waren vijf klinische centra betrokken; drie in het Verenigd Koninkrijk, het UMCG in Nederland en een in Spanje. ‘Daardoor konden we het grootste cohort patiënten met melanoom en monsters van hun darmmicrobioom samenstellen’, legt Laura Bolte, een van de eerste auteurs uit.  ‘Door dit onderzoek konden we vaststellen dat er inderdaad een verband bestaat tussen de samenstelling en functie van de darmflora en de effectiviteit van anti-tumorbehandeling met immunotherapie bij patiënten met huidkanker.  In het bijzonder drie soorten bacteriën (Bifidobacterium pseudocatenulatum, Roseburia spp. en Akkermansia muciniphila) lijken meer geassocieerd te zijn met een betere anti-tumor respons’.

Vervolgonderzoek voor verbeteren effect immunotherapie
De samenstelling van de darmflora is aan te passen. Dit kan bijvoorbeeld door voeding of door poeptransplantaties. Weersma: ‘Het fascinerende van onze resultaten is dat het impliceert dat als je de darmflora aan zou passen, de effectiviteit van een kankerbehandeling beter zou kunnen worden. Dit tonen we in deze studie nog niet aan, maar hier zijn al wel andere verkennende studies naar verricht met positieve resultaten en is nu onderwerp van vele  vervolgonderzoeken. Het is dan essentieel om de specifieke kenmerken van de darmflora die de effectiviteit van immunotherapie vergroten, exact te bepalen en te begrijpen. We zijn er van overtuigd dat deze vervolgstudies nieuwe mogelijkheden zullen bieden voor kankerbestrijding, zelfs voor tumoren in een gevorderd stadium’, zegt Geke Hospers.