Voor alle 29 Europese landen zien we dat meer mannen dan vrouwen de diagnose kanker krijgen en ook dat meer mannen dan vrouwen aan kanker doodgaan

Kanker komt in Nederland in vergelijking met andere Europese landen vaker voor, met name bij vrouwen. Geen goed nieuws dus bij de start van oktober-borstkankermaand. Het aantal mensen dat in 2022 de diagnose kanker kreeg in Europa wordt geschat op ruim 2,7 miljoen, terwijl 1,3 miljoen mensen in 2022 aan kanker overleden. Dat blijkt uit recent gepubliceerde nieuwe schattingen in het European Cancer Information System (ECIS). Het Nederlandse aandeel in de incidentie bedraagt 4,2% (61.000 mannen en 55.000 vrouwen), het aandeel in de sterfte bedraagt 3,8% (27.000 mannen en 23.000 vrouwen). 

De cijfers zijn een voorspelling voor 2022 op basis van de aantallen diagnoses in de kankerregistraties van de 29 landen, t.w. de 27 EU-landen, alsmede Noorwegen en IJsland. De cijfers van de Europese kankerregistraties zijn samengebracht door het Europese netwerk van kankerregistraties (ENCR) en het International Agency for Research on Cancer (IARC).

Verschillen per kankersoort, geslacht en landen
Voor alle 29 landen zien we dat meer mannen dan vrouwen de diagnose kanker krijgen en ook dat meer mannen dan vrouwen aan kanker doodgaan. Toch zijn er behoorlijke verschillen zichtbaar tussen landen, wat onder meer te maken heeft met verschillen in leefgewoonten en verschillende blootstelling aan risicofactoren van kanker. 

Nederland ten opzichte van andere Europese landen
Net als in voorgaande schattingen komt Nederland er niet goed uit. Voor alle kankersoorten samen is er een opvallend verschil in onze ranking in Europees verband tussen mannen en vrouwen als het gaat om het krijgen van de diagnose kanker (incidentie). Bij mannen staat Nederland in de Europese middenmoot - op de 13e plaats. Nederlandse vrouwen doen het beduidend slechter en staan aan de top van Europa: op plaats 3, net achter Noorwegen en Denemarken. Dit komt vooral door longkanker: Nederlandse vrouwen krijgen opvallend meer longkanker dan vrouwen in de meeste andere landen (maar nog altijd iets minder dan Nederlandse mannen). De verklaring hiervoor moet vooral gezocht worden in het rookgedrag van decennia geleden. Roken is de belangrijkste oorzaak van longkanker. Door emancipatie in de jaren ’60 en ‘70 gingen in Nederland meer vrouwen roken dan in andere landen. Longkanker openbaart zich pas jaren later en de gevolgen van roken in het verleden zijn nu zichtbaar. Nederland staat voor longkanker bij vrouwen op plaats 2 voor wat betreft de hoogste incidentie, bij mannen op de 15e plaats. Borstkanker is nog steeds de meest voorkomende kankersoort bij vrouwen. Daarin staat Nederland op plaats 5 in Europa. 

Voor wat betreft de sterfte aan kanker zien we voor Nederland hetzelfde beeld: voor mannen is dit de 16e plaats, terwijl Nederlandse vrouwen op de 7e plaats staan. Ook hier is die hogere ranking voor vrouwen te wijten aan de hoge sterftecijfers van longkanker bij vrouwen. Daar staat we op de 3e plaats.

Positie Nederlandse mannen per kankersoort ten opzichte van andere Europese landen
Bij Nederlandse mannen is de incidentie relatief hoog voor slokdarmkanker (1e plaats), blaaskanker (4e plaats), melanoom (4e plaats), mesothelioom en non-hodgkinlymfoom . Kanker van de maag, schildklier, galwegen, lever en de alvleesklier, alsmede hoofd-halskanker komen bij Nederlandse mannen in verhouding minder vaak voor dan in de meeste andere EU-landen. Bij de sterfte is het patroon vergelijkbaar met de incidentie, omdat voor de meeste kankersoorten geldt dat er een sterke relatie is tussen incidentie en sterfte.

Positie Nederlandse vrouwen per kankersoort ten opzichte van andere Europese landen
Nederlandse vrouwen scoren relatief slecht bij de incidentie op blaaskanker (1e plaats), longkanker (2e plaats), slokdarmkanker (2e plaats), darmkanker (3e plaats) en melanoom (4e plaats). Bij borstkanker, de meest voorkomende kankersoort in Nederland, bezetten we de 5e plaats in Europees verband. Kanker van de baarmoederhals, baarmoederlichaam, maag, schildklier en galblaas komen bij Nederlandse vrouwen in verhouding minder vaak voor dan in de meeste andere EU-landen, maar omdat deze allemaal vrij zeldzaam zijn heeft deze gunstige positie relatief weinig invloed op de totaalscore. Net als bij mannen is het patroon van de sterfte bij vrouwen vergelijkbaar met de incidentie.

Vergelijking Europese schattingen met de NKR – enige kanttekeningen
IKNL heeft de Europese schattingen vergeleken met de cijfers in de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). De ECIS-schattingen zijn gebaseerd op incidentiecijfers van 2013-2018 van IARC en sterftecijfers in de WHO-database, die via een rekenmodel zijn doorgetrokken naar 2022. Voor de incidentie van de meeste kankersoorten is deze methode vrij nauwkeurig, echter met uitzondering van prostaat- en darmkanker:

Voor prostaatkanker is er een onderschatting van bijna 20% ten opzichte van de NKR-cijfers (ECIS-schatting 136 per 100.000 mannen tegenover 168 in de NKR). Dit heeft waarschijnlijk te maken met veranderingen in de diagnostiek van prostaatkanker.

Voor darmkanker zijn de ECIS-schattingen zowel bij vrouwen als bij mannen een overschatting ten opzichte van de NKR-data: de Europese schatting geeft bijna een derde meer darmkanker aan in Nederland in vergelijking met de NKR-data. Een verklaring hiervoor is dat de ECIS-schatting (117 per 100.000 mannen en 79 per 100.0000 vrouwen) is gebaseerd op data van voor de invoering van de darmkankerscreening. Omdat door die screening de voorstadia van darmkanker al gevonden worden, is het aantal gevallen van darmkanker minder hoog (NKR: 76 per 100.000 mannen, 58 per 100.000 voor vrouwen). Bij de ECIS-schattingen voor sterfte zien we afwijkingen ten opzichte van de CBS-sterftecijfers voor darmkanker bij mannen en vrouwen (bijna 30% afwijking) en bij longkanker bij mannen (ongeveer 10%).

Deze cijfers vragen om actie. Het European Beating Cancer Plan is een politieke belofte om de opmars van kanker te keren. De Nederlandse equivalent hiervan is de Nederlandse Kanker Agenda, waar IKNL met tientallen andere partijen aan werkt. Deze agenda heeft als doel om de druk van kanker op de samenleving en de zorg te verminderen. In de agenda staan ambitieuze doelen en een concrete aanpak voor de komende 10 jaar. In november wordt deze agenda gepresenteerd. 

De ECIS data zijn voor iedereen toegankelijk: https://ecis.jrc.ec.europa.eu/index.php

De incidentie- en sterftecijfers uit de Nederlandse Kankerregistratie zijn te raadplegen op NKR cijfers

Bron: IKNL