In 2022 schreven huisartsen en artsen in ziekenhuizen meer antibiotica voor dan tijdens de coronajaren
Bacteriën kunnen ziektes bij mensen veroorzaken. Elk jaar wordt voor bacteriesoorten bepaald welk deel resistent is voor sommige antibiotica. Deze antibiotica werken dan niet meer goed bij infecties. In Nederland was het deel van de bacteriën dat resistent was voor antibiotica in 2022 ongeveer even groot als in 2021. Ook schreven huisartsen en artsen in ziekenhuizen meer antibiotica voor dan tijdens de coronajaren, maar minder dan in de jaren vóór corona. Dit staat in het rapport NethMap(Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands)/MARAN(Monitoring of antimicrobial resistance and antibiotic usage in animals in the Netherlands) 2023 van de Stichting Werkgroep Antibioticabeleid (SWAB) en het RIVM.
In dit rapport staan de gegevens over antibioticagebruik en antibioticaresistentie in Nederland in 2022 bij mensen en dieren. Bij sommige bacteriesoorten kwam resistentie in de afgelopen 5 jaar iets minder vaak voor. Maar ook zijn een aantal soorten bacteriën vaker resistent dan 5 jaar geleden. Vooral bacteriën die milde infecties van bijvoorbeeld de huid veroorzaken.
Gebruik bij mensen
In 2020 en 2021 schreven artsen in Nederland minder antibiotica voor. Waarschijnlijk omdat er door de coronapandemie minder mensen bij de huisarts kwamen of in het ziekenhuis lagen voor ziektes anders dan corona. Dit effect van de pandemie op het gebruik van antibiotica begint af te nemen. In 2022 schreven huisartsen en artsen in ziekenhuizen meer antibiotica voor dan tijdens de coronajaren.
In ziekenhuizen was het gebruik ongeveer hetzelfde als in de jaren vóór de pandemie. Huisartsen schreven ze iets minder vaak voor. Verder meldden ziekenhuizen en verpleeghuizen weer meer uitbraken van infecties door resistente bacteriën dan in de coronajaren. Dit aantal is in 2022 nog altijd lager dan in de jaren vóór de pandemie.
Gebruik en resistentie bij landbouwhuisdieren
Sinds 2009 worden minder antibioticaresistente darmbacteriën gevonden bij varkens, koeien en kippen die voor de voedselproductie worden gehouden (landbouwhuisdieren). Ook neemt het gebruik van antibiotica bij landbouwhuisdieren nog steeds af. In 2022 zijn in totaal minder antibiotica voor álle diersoorten verkocht dan in 2021. Vergeleken met 2009 daalde de verkoop met meer dan 77 procent. (Landbouw)huisdieren krijgen alleen bij hoge uitzondering antibiotica die ook noodzakelijk zijn om infecties bij mensen te behandelen.
Alert blijven
Ondanks de stabiele percentages bij mensen blijft oplettendheid voor het ontwikkelen van resistentie nodig. Vooral mensen die in het buitenland in het ziekenhuis lagen, kunnen bacteriën bij zich dragen die ongevoelig zijn tegen meerdere soorten antibiotica tegelijk. Handen wassen en andere hygiënemaatregelen blijven nodig om te voorkomen dat deze bacteriën zich verspreiden. Ook blijft het belangrijk om onnodig en verkeerd gebruik van antibiotica zo veel mogelijk te voorkomen. Juist antibioticagebruik bij mensen is van belang om te voorkomen dat zorginstellingen een bron van besmetting kunnen zijn. Dat geldt ook voor antibioticagebruik in de voedselketen. Vooral bij dieren die worden gehouden voor menselijke consumptie. Een laag gebruik van antibiotica vermindert de kans op resistente bacteriën in dieren en besmetting van mensen die dierlijke producten eten en drinken.
De maatregelen die Nederland neemt om antibioticaresistentie tegen te gaan, reiken dus verder dan de gezondheidszorg voor mensen. Resistente bacteriën komen namelijk ook voor bij dieren, in voeding en in het milieu. Experts uit verschillende sectoren werken hierin samen (dat heet een one health-aanpak).
Bron: RIVM