De laatste jaren zijn er steeds meer aanwijzingen gevonden die erop duiden dat eierstokkanker niet begint in de eierstokken zelf, maar in de eileiders

De meest vóórkomende vorm van eierstokkanker lijkt in de eileider te ontstaan en niet in de eierstok zelf. Daarom richt onderzoek zich nu op de rol van verwijdering van de eileiders om deze vorm van kanker te voorkómen. Dit leidt voor vrouwen die een verhoogd risico lopen op eierstokkanker tot een betere kwaliteit van leven en voor vrouwen zonder dit hoge risico tot een lager aantal nieuwe gevallen van eierstokkanker. Deze onderwerpen maken deel uit van het proefschrift 'Prevention and etiology of serous cancer of the female genital tract`.

Vrouwen met een verhoogd risico op eierstokkanker, omdat ze drager zijn van een mutatie in het BRCA1 of BRCA2-gen, krijgen het advies om rond hun veertigste zowel hun eileiders als eierstokken te laten verwijderen. Deze vorm van kanker wordt ook wel de silent lady killer genoemd, omdat het vaak laat ontdekt wordt en een slechte overleving kent. Het verwijderen van eileiders en eierstokken is een effectieve behandeling, maar leidt abrupt tot een vroegtijdige menopauze, met veel gevolgen voor de kwaliteit van leven van deze vrouwen. 

De laatste jaren zijn er steeds meer aanwijzingen gevonden die erop duiden dat eierstokkanker niet begint in de eierstokken zelf, maar in de eileiders. Promovenda Miranda Steenbeek onderzocht de mogelijkheid voor een andere behandeling, waarbij in eerste instantie alleen de eileiders verwijderd worden, en de eierstokken pas  jaren later, op maximaal 45- of 50-jarige leeftijd. Voordeel hiervan is dat de vervroegde overgang wordt uitgesteld. Joanne de Hullu, promotor en leider van het onderzoek: ‘We wilden weten of het mogelijk is dat vrouwen met verhoogd risico op latere leeftijd in de overgang komen, zonder dat dit de kans op eierstokkanker vergroot.’

Toegenomen kwaliteit van leven 
Miranda Steenbeek toont in dit proefschrift aan dat de kwaliteit van leven van vrouwen na een eileiderverwijdering beter is dan na de eileider- én eierstokverwijdering. Bijzonder aan dit onderzoek is dat vrouwen zelf konden kiezen voor de behandeling van hun voorkeur, en niet, zoals bij veel wetenschappelijk onderzoek gebruikelijk is, bepaald door het lot. ‘Ons onderzoek is in samenwerking met patiënten opgezet. De keuze en potentiële gevolgen zijn zo ingrijpend, dat we vrouwen eigen regie wilden geven’, aldus Steenbeek, die tegenwoordig als gynaecoloog in opleiding in het Radboudumc werkt. Vrouwen hadden vooraf ook heel helder aangegeven dat ze erg openstonden voor deelname aan wetenschappelijk onderzoek maar persé zelf de regie wilden houden. We zagen goede resultaten bij de 577 deelnemers. In de groep die koos voor het eerst verwijderen van de eileiders en later van de eierstokken, is tot nu toe geen eierstokkanker ontstaan. Dat stemt ons positief, maar op basis van deze resultaten kunnen we nog geen conclusies trekken over de veiligheid van deze behandeling.’

Internationaal onderzoek naar de langetermijngevolgen 
Nu is het van belang de deelnemers langere tijd te blijven volgen. Daarom loopt er nu een groot internationaal onderzoek om te bepalen of deze nieuwe behandeling inderdaad net zo effectief is in het voorkómen van kanker. Ook dit onderzoek wordt geleid door het Radboudumc. De Hullu: ‘We werken nauw samen met het MD Anderson Cancer Center in Houston, maar ziekenhuizen uit veel verschillende landen doen mee: Canada, Polen, Noorwegen, Frankrijk, Australië. We streven naar drieduizend deelnemers.’ De resultaten van dit onderzoek worden over tien tot vijftien jaar verwacht, omdat de onderzoekers willen weten of er op latere leeftijd alsnog eierstokkanker ontstaat.’

Verhoogde kans op buikvlieskanker
Eierstokkanker is een verzameling van kanker in de eileiders, eierstokken en het buikvlies. Daardoor bestaat ook na het verwijderen van eileiders en eierstokken een restrisico op het ontstaan van kanker, namelijk in het buikvlies. Steenbeek verzamelde gegevens over het weefsel van ruim 3000 vrouwen met een BRCA-mutatie die een preventieve ingreep ondergingen. Bij sommige van hen wordt tijdens de operatie een STIC (sereus tubair intraepitheliaal carcinoom) gevonden. Dit is een voorloper van eierstokkanker in de eileider. Deze vrouwen blijken in de jaren na de operatie een verhoogd risico te hebben op buikvlieskanker vergeleken met vrouwen zonder STIC bij de preventieve ingreep. 

Het risico om binnen vijf jaar na de operatie buikvlieskanker te krijgen is ongeveer 10.5% wanneer er wel een voorloper van eierstokkanker gevonden wordt en slechts 0.3% wanneer er geen voorloper gevonden wordt. Steenbeek: ‘Gezien de hoge kans op buikvlieskanker indien er een STIC gevonden wordt, is het belangrijk patiënten hierover te informeren. Ook geeft dit een belangrijke richting voor verder onderzoek om buikvlieskanker te voorkómen.’ Dit artikel werd gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Journal of Clinical Oncology.