Getextureerde borstimplantaten worden niet verboden

Voor veel patiënten zijn borstimplantaten, ook getextureerde, een onmisbaar medisch hulpmiddel

De Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (NVPC) is tevreden met het besluit van minister Bruins om geen verbod in te stellen voor (getextureerde) borstimplantaten. Deze worden zowel gebruikt bij borstreconstructies na borstkanker, als ook voor borstvergrotingen. Het besluit is gebaseerd op het net afgeronde onafhankelijke onderzoek van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) naar het verband tussen deze implantaten en BIA-ALCL (Breast Implant Associated Anaplastic Large Cell Lymphoma), een zeer zeldzame vorm van lymfeklierkanker. Daarin concludeert het RIVM, samen met de IGJ (Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd), dat er geen wetenschappelijke basis is voor een verbod. Er is daarom ook geen reden om eerder geplaatste getextureerde borstimplantaten preventief te verwijderen. Dr. Marc Mureau, voorzitter van de NVPC: “Met dit besluit is er helderheid gekomen voor artsen en patiënten en daar zijn we blij mee. Voor veel patiënten zijn borstimplantaten, ook getextureerde, een onmisbaar medisch hulpmiddel.”

Aanleiding voor het RIVM onderzoek is een eerder besluit van de Franse Inspectie (ANSM) om bepaalde merken getextureerde implantaten te verbieden vanwege een verband dat wordt gelegd tussen deze implantaten en het krijgen van BIA-ALCL. Door alle bestaande wetenschappelijke studies grondig te onderzoeken en door met Inspecties van meerdere landen te spreken, heeft het RIVM samen met de IGJ geconstateerd dat er geen wetenschappelijke grondslag is voor een algeheel verbod. Een conclusie die minister Bruins van VWS heeft overgenomen en die ook in lijn is met zowel de eerdere verklaring van de Amerikaanse FDA (Food & Drug Administration), als met de standpunten van de Inspecties van alle andere landen in de wereld behalve Frankrijk.
 
Onderzoek, voorlichting en registratie
Begin 2018 is door Nederlandse plastisch chirurgen in samenwerking met pathologen, hematologen en epidemiologen al vastgesteld dat vrouwen met borstprothesen weliswaar een verhoogde kans op BIA-ALCL in de borst hebben, maar dat deze kans  erg klein is. De exacte oorzaak van het ontstaan van borstimplantaat geassocieerd BIA-ALCL is nog onbekend. De NVPC blijft zich daarom samen met andere specialisten inzetten voor meer (inter)nationaal onderzoek naar de veiligheid en kwaliteit van borstimplantaten om antwoord te krijgen op vragen rond dit soort bijwerkingen. Ook is het een prioriteit van de NVPC om alle patiënten goed voor te lichten over de risico’s van borstimplantaten. Verder is de beroepsgroep in overleg met de IGJ om een landelijke registratieverplichting van borstimplantaten op te zetten via het door de NVPC opgezette kwaliteitsregister DBIR (Dutch Breast Implant Registry). Deze stappen zijn van groot belang voor de NVPC: “Het welzijn van de patiënt is onze hoogste prioriteit en daarom zijn we een richtlijn aan het opstellen waarin onderzoek, voorlichting en registratieverplichting geadresseerd worden. Deze richtlijn zullen we als veldnorm beschouwen wat zal bijdragen aan de patiëntveiligheid”, aldus Mureau.

Tags bij dit artikel:

• veiligheid
• samenwerking
• RIVM
• kwaliteit
• borstkanker
• NVPC
• IGJ
• borstreconstructie
• Plastisch chirurgen
• richtlijn
• borstimplantaten
• beroepsgroepen