Bij de ziekte van Alzheimer ontstaan er ophopingen van verkeerde eiwitten in het brein, waardoor hersencellen beschadigen

Onderzoeker Lynn van Olst heeft een Veni-beurs van NWO gekregen om te achterhalen waarom immuuncellen in de hersenen van mensen met Alzheimer minder goed werken.

Bij de ziekte van Alzheimer ontstaan er ophopingen van verkeerde eiwitten in het brein, waardoor hersencellen beschadigen. De immuuncellen van het brein proberen deze ophopingen op te ruimen, maar bij mensen met Alzheimer lukt dit vaak niet goed. ‘De genvariant APOE-ε4 vergroot het risico op Alzheimer en gaat gepaard met afwijkende immuunreacties', legt Van Olst uit. Daarom gaat ze onderzoeken hoe deze genvariant ervoor zorgt dat immuuncellen in de hersenen van mensen met Alzheimer minder goed werken. 

Schoonmakers in je hersenen 
‘De immuuncellen van je hersenen, de microglia, hebben verschillende taken', vertelt Van Olst. ‘Het zijn een soort spinachtige cellen die constant om zich heen voelen en zoeken naar gevaarlijke indringers. Je kunt ze zien als de schoonmakers en bewakers van je hersenen. Ze ruimen schadelijk afval op, verwijderen dode cellen, beschermen tegen virussen of bacteriën en onderhouden de verbindingen tussen hersencellen. Eigenlijk houden ze constant de boel in de gaten: is hier alles nog in orde?’ 

Eiwitophopingen bij Alzheimer 
Bij de ziekte van Alzheimer stapelen bepaalde eiwitten, amyloïd-beta en tau, zich op in de hersenen. Deze eiwitophopingen kunnen schade aanrichten en moeten opgeruimd worden. Microglia proberen dat ook, maar bij de ziekte van Alzheimer gaat dat minder goed. De microglia raken gestrest en overbelast. In plaats van te helpen, kunnen ze juist schade veroorzaken door ontstekingsstoffen af te geven en gezonde cellen aan te vallen. Door die overbelasting hebben ze ook minder energie om hun onderhoudstaken in het brein uit te voeren.

Genvariant APOE-ε4 
‘Waarom die microglia bij Alzheimer minder goed werken, begrijpen we nog niet volledig', zegt Van Olst. ‘Wel weten we dat genetische aanleg een belangrijke rol speelt. Eén van de grootste risicofactoren voor Alzheimer is de genvariant APOE-ε4. Maar hoe die variant precies leidt tot afwijkende afweerreacties, is nog onduidelijk.’ 

Genen aan- en uitzetten 
Met haar Veni-beurs richt Van Olst zich op epigenetica: het systeem waarmee cellen genen aan- of uitzetten, zonder dat het DNA zelf verandert. Vergelijk DNA met een kookboek: het bevat alle recepten (genen) die je lichaam nodig heeft. Maar niet elke cel gebruikt elk recept. Een spiercel heeft andere instructies nodig dan een hersencel of een immuuncel. Epigenetica is het systeem dat bepaalt welke genen aan of uit staan in een bepaalde cel. Het is als de chef-kok die beslist: deze recepten gebruik ik wel, dat andere niet. ‘De genen zelf blijven hetzelfde,’ legt Van Olst uit, ‘maar hun activiteit wordt geregeld door schakelaars op het DNA. Die schakelaars worden beïnvloed door bijvoorbeeld je leeftijd, omgeving, voeding, stress of ziektes.’ 

Gedrag microglia beter begrijpen 
Van Olst wil dus beter begrijpen of veranderde werking van deze schakelaars ervoor zorgen dat microglia zich anders gedragen bij dragers van de APOE-ε4-variant, en of dat bijdraagt aan het grotere risico op Alzheimer. ‘Het uiteindelijke doel is beter begrijpen waarom immuuncellen in de hersenen minder goed functioneren bij Alzheimerpatiënten die drager zijn van de APOE-ε4 risicovariant.’  

Bestaande behandeling verbeteren 
Haar onderzoek kan bijdragen aan het ontwikkelen van nieuwe én het verbeteren van bestaande Alzheimerbehandelingen. ‘We weten dat mensen met de APOE-ε4-variant vaak minder goed reageren op nieuwe behandelingen tegen Alzheimer. Dat komt waarschijnlijk door afwijkende immuunreacties. Als we beter begrijpen hoe immuuncellen bij APOE-ε4-dragers anders werken, kunnen we in de toekomst op zoek naar manieren om dit te corrigeren.’ 

Over de Veni-beurs 
De Veni is een persoonsgebonden wetenschappelijke beurs die zich richt op onderzoekers die recent gepromoveerd zijn.  Elke onderzoeker krijgt maximaal 320.000 euro toegewezen. De beurs is een stimulans voor avontuurlijke, talentvolle en baanbrekende onderzoekers om de komende drie jaar hun eigen onderzoeksideeën verder te ontwikkelen. Van Olst doet nu onderzoek aan de Northwestern University in Chigaco, Verenigde Staten en komt voor dit onderzoek naar het UMCG.

In totaal ontvingen 200 wetenschappers een Veni-beurs van de NWO

Bron: UMCG