Triple-negatieve borstkanker is een agressieve vorm van borstkanker die vaak jonge vrouwen treft

UMCG-onderzoekers Marcel van Vugt en Rudolf Fehrmann hebben samen met het onderzoeksteam van Jos Jonkers van het Antoni van Leeuwenhoek/Nederlands Kanker Instituut (AVL/NKI) in Amsterdam een subsidie van 1 miljoen euro ontvangen voor onderzoek naar de werking van immuuntherapie bij triple-negatieve borstkanker.

Betere behandeling nodig om prognose bij triple-negatief borstkanker te verbeteren
Triple-negatieve borstkanker is een agressieve vorm van borstkanker die vaak jonge vrouwen treft. De tumor groeit vaak snel en zaait sneller uit dan andere vormen van borstkanker. Patiënten die getroffen worden door deze vorm van borstkanker hebben de slechtste prognose in vergelijking met andere vormen van borstkanker. Voor triple-negatieve borstkanker is nog geen doelgerichte behandeling beschikbaar.

Van Vugt vertelt: ‘Deze groep patiënten hebben een betere behandeling nodig dan chemotherapie om de prognose te verbeteren. Voor veel kankersoorten komt immuuntherapie beschikbaar, maar deze variant reageert daar slecht op. Met dit onderzoek willen we achterhalen waarom de ene tumor wel reageert op immuuntherapie en de ander niet. Maar ons ultieme doel is om een therapie op maat te bieden die ervoor zorgt dat immuuntherapie ook voor deze patiënten werkt waardoor ze beter behandeld kunnen worden.’ 

Achterhalen waarom immuuntherapie niet goed werkt 
Op basis van karakteristieken van triple negatieve borsttumoren was de verwachting dat deze wel zouden reageren op immuuntherapie. Dit blijkt niet het geval te zijn. ‘Met dit onderzoek willen we achterhalen hoe de kankercellen zich hebben aangepast om te ontsnappen aan het afweersysteem. We denken dat we een gen hebben gevonden, het MYC-gen, dat hier verantwoordelijk voor is’, aldus Van Vugt en Fehrmann.

De onderzoekers gaan dit op verschillende manieren onderzoeken. In het AVL/NKI wordt er gekeken in muizenmodellen van borstkanker om te kijken of het MYC-gen therapeutisch uitgeschakeld kan worden om de kankercellen wel gevoelig te maken voor immuuntherapie. Van Vugt: 'In het UMCG doen we binnen dit project celbiologisch onderzoek waarin we genen gericht aan of juist uit zetten in tumorcellen, om te onderzoeken wat het effect is op het afweersysteem. Daarnaast kijken we in ‘big data’ of er patronen te ontdekken zijn in de genetische informatie van tumoren die verklaren waarom sommige tumoren juist en wel andere juist niet reageren op immuuntherapie'.  

Dit onderzoek zal vier jaar duren en is een voortzetting van eerdere succesvolle samenwerkingen met het Antoni van Leeuwenhoek (AVL/NKI) en het UMCG.