De productie is onder voorwaarden toegestaan
Openbare apotheken verstrekten in 2019 aan ruim 2 miljoen mensen in totaal 6,4 miljoen keer een doorgeleverde bereiding. Aan ongeveer twee derde van de gebruikers wordt een bereiding verstrekt die is bedoeld voor cutaan gebruikt, zoals zalven en crèmes. Dat schrijft de SFK deze week in het Pharmaceutisch Weekblad.
Als bij de behandeling van patiënten voorschrijvers en apothekers niet uitkomen met geregistreerde geneesmiddelen, mogen apotheken het gewenste geneesmiddel bereiden. Omdat apotheken niet meer verplicht zijn om zelf over bereidingsfaciliteiten te beschikken, is in Nederland de praktijk ontstaan dat gespecialiseerde apotheken voor collega-apotheken geneesmiddelen bereiden.
Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds individuele bereidingen voor één patiënt op maat op verzoek van een apotheker en anderzijds producten die op grotere schaal worden bereid. Deze laatste categorie wordt doorgeleverde bereidingen genoemd.
De productie is onder voorwaarden toegestaan. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd heeft die voorwaarden geformuleerd en gepubliceerd in een circulaire. Eén daarvan is dat doorgeleverde bereidingen moeten worden aangemeld bij de G-Standaard van Z-Index. Daardoor krijgen ze een artikelnummer en dat stelt de SFK onder meer in staat om doorgeleverde bereidingen te tellen.
Dermatica
Zorgverzekeraars bepalen gezamenlijk of een doorgeleverde bereiding voor vergoeding uit het basispakket in aanmerking komt. Van de 6,4 miljoen verstrekkingen in 2019 was ongeveer een vijfde van vergoeding uitgesloten. De bijna 500.000 gebruikers moesten daarvoor in totaal € 21 miljoen (inclusief 9% btw) zelf betalen. Dat aan doorgeleverde bereidingen overduidelijk behoefte bestaat, moge blijken uit het aantal van ruim 2 miljoen mensen die daarop in 2019 waren aangewezen.
Er is vooral behoefte aan huidpreparaten. Apotheken verstrekten die aan ongeveer 1,3 miljoen patiënten. Ruim 1 miljoen van hen kreeg een neutrale zalf of crème, 140.000 een product met de corticosteroïd triamcinolon en 70.000 met salicylzuur als werkzame stof.
Ruim een kwart miljoen mensen gebruiken tabletten die moeten worden bereid, omdat voor hen met geregistreerde producten geen adequate dosering mogelijk is. Meestal bevatten de tabletten een kleinere hoeveelheid werkzame stof dan de geregistreerde preparaten. Ze worden onder meer ingezet bij senioren bij wie een lage dosering is gewenst. Tabletten met 12,5 mg van het plasmiddel spironolacton tellen ongeveer 50.000 gebruikers. Van die stof zijn uitsluitend tabletten geregistreerd met 25 mg of meer.