Volgens onderzoekers van Amsterdam UMC lijkt het nieuwe middel de orgaanschade en sterfte te verminderen

Een al bestaand medicijn pakt goed uit in een kleinschalig onderzoek bij dertig coronapatiënten. Volgens onderzoekers van Amsterdam UMC lijkt het nieuwe middel de orgaanschade en sterfte te verminderen. Het bijzondere van het medicijn is dat het niet de hele afweer platlegt, zoals bestaande medicijnen. De studie is eind vorige maand gepubliceerd in The Lancet Rheumatology. “We zijn er nog niet met dit medicijn”, zegt onderzoekleider en IC-arts dr. Alexander Vlaar. “Een grotere vervolgstudie (fase-3) moet dit signaal bevestigen.”

Aan de studie namen dertig patiënten deel met een ernstige corona-infectie. De patiënten hadden veel zuurstofondersteuning nodig. Dit komt doordat het coronavirus een sterkte ontstekingsreactie oproep die veel schade geeft, waardoor de  longen flink worden aangetast. Het perspectief van deze patiënten is niet goed. De kans op overlijden is hoog en bij overleving wacht ze een lange revalidatie.

Fase 2-studie
In de studie, kregen vijftien patiënten de standaard zorg (de controlegroep) en vijftien patiënten kregen een antistof die de afweer selectief tot rust brengt (de behandelgroep). Het onderzoek laat zien dat behandeling met het nieuwe medicijn veilig is. En wat belangrijker is: “De behandelgroep had minder last van bloedstolling in de longen en andere ernstige gevolgen van een corona-infectie. Ook was de sterfte lager”, zegt Vlaar,. “Dit bewijst niet dat het middel beter is dan de bestaande zorg. De groep is veel te klein om verantwoord conclusies te trekken”, waarschuwt hij. Dat is de reden waarom een fase 3-onderzoek nodig is.

Afweer op hol
Veel personen doorstaan een infectie met corona zonder al te veel problemen. In deze fase lijken medicijnen of antistoffen die de deling van het virus remmen de beste keuze. Bij sommigen verergert de ziekte en veroorzaakt een sterke ontstekingsreactie veel schade. Die patiënten krijgen last van ontstekingen en stollingen en belanden vaak op de IC. Volgens de onderzoekers hebben antistoffen of virusremmers dan waarschijnlijk geen zin meer, de afweer moet tot rust worden gebracht.

De afgelopen maanden passeerden talrijke afweeronderdrukkende kandidaten de revue, zoals dexamethason, prednison en tocilizumab. Het nadeel is dat deze middelen de hele afweer ‘plat’ leggen of toch niet werken. Bovendien overlijden veel ernstig zieke patiënten die deze middelen krijgen. Artsen willen daarom dat er betere medicijnen beschikbaar komen.

Afweersysteem selectief remmen
Vlaar: “We weten inmiddels veel meer over de effecten van het coronavirus op het afweersysteem. Een belangrijke speler lijkt het zogenoemde ‘complement’ systeem te zijn. Een specifiek onderdeel daarvan is het eiwit C5a. Dat stofje ontregelt bij een ernstige corona-infectie het afweersysteem en dat leidt tot de gevreesde ontstekingen en stolselvorming. Het idee is om alleen het C5a te neutraliseren en de rest van de afweer intact te laten.”

Om dit effect te bewerkstelligen, is een antistof tegen C5a nodig. Dat bestaat al onder de codenaam IFX-1 (Vilomebilab) en wordt voor andere ontstekingsziekten gebruikt. Daaruit is bekend dat het C5a in volwassenen selectief  blokkeert en de rest van het afweersysteem ongemoeid laat. Het is ontwikkeld door het Duitse biotechniekbedrijf InflaRx (GmbH) en nu dus voor het eerst in een fase-2 studie onderzocht bij ernstig zieke coronapatiënten.”De resultaten zijn bemoedigend maar ze moeten worden bevestigd in een grotere goed opgezette fase-3 studie”, zegt Vlaar. Hij ontwierp de studie samen met andere experts en InflaRx; dit bedrijf initieerde en sponsorde de studie.

Fase 3-studie
Vlaar speculeert niet over de toekomst van dit middel. Inmiddels loopt sinds deze week een door InflaRx geïnitieerde fase-3 studie bij Amsterdam UMC. “Hoe hoopvol de fase-2 studie ook is, we moeten de resultaten van de fase-3 studie afwachten.“

Kijk hier voor de publicatie