Hechtingseiwitten hebben een rol bij gevaarlijke schimmel Candida auris

Naast de ziekenhuisbacterie, is er groeiende ongerustheid over de ziekenhuisschimmel Candida auris. Onderzoekers van KU Leuven hebben ontdekt welke eiwitten op het oppervlak van de schimmel essentieel zijn voor de vorming van schimmelklonters en biofilms. Deze kennis kan bijdragen tot de ontwikkeling van nieuwe behandelingen in de strijd tegen deze dodelijke schimmel. De resultaten zijn gepubliceerd in Nature Communications.

Candida auris staat bekend om zijn vermogen om resistente infecties te veroorzaken die, vooral bij patiënten met een verzwakt immuunsysteem, ernstige gevolgen kunnen hebben. Sinds 2014 zijn er verschillende ziekenhuizen die kampen met hardnekkige C. auris-uitbraken omdat de schimmelcellen zich op een ongeziene manier organiseren waardoor het zeer moeilijk is de infectie volledig te weren en uit te roeien.

Klonters en biofilms zijn sleutels tot succes
Klonters en biofilms zijn twee verschillende manieren waarop Candida auris zich organiseert, maar ze spelen allebei een rol in het succes van de schimmel. Klonters zijn losse schimmelcellen die zich samenvoegen waardoor de groep beter bestand is tegen medicatie en het immuunsysteem van patiënten. “Vergelijk het met de bekende formaties van het Romeinse leger waarbij ze zich als één blok beschermden tegen de vijand”, zegt professor microbiologie Patrick Van Dijck. Door de klontervorming zijn de binnenste cellen ook beschermd tegen omgevingsfactoren en kunnen ze lang overleven op droge oppervlakken zoals kledij. “Candida auris ligt als het ware op de loer om personen met een verzwakt immuunsysteem te besmetten. Vooral in ziekenhuizen kan dit een groot probleem vormen, net omdat C. auris zo resistent is tegen antifungale middelen.”

Biofilms zijn complexere structuren: een dunne laag van schimmelcellen die zich stevig aan oppervlakken zoals medische apparatuur of de huid hecht. Deze biofilms worden beschermd door een slijmachtige substantie, wat ze nog moeilijker te behandelen maakt. “Een gezonde persoon met C. auris op de huid zal hier doorgaans niet veel last van ondervinden maar wanneer er bij een patiënt een katheter wordt ingebracht, kunnen de schimmelcellen makkelijk mee binnendringen en de patiënt infecteren”, legt Van Dijck uit.

Afhankelijk van adhesie-eiwitten
Het onderzoeksteam bestudeerde het gedrag van C. auris in verschillende omstandigheden en observeerde hoe de klonter- en biofilmvorming van de schimmel tot stand komt. Vervolgens werden verschillende eiwitten gedefinieerd die een cruciale rol spelen in deze processen. Uit hun onderzoek blijkt dat adhesie-eiwitten Als4112 en Scf1 verantwoordelijk zijn voor de hechting en groei van de schimmel. Wanneer deze eiwitten werden uitgeschakeld, verminderde het vermogen van de schimmel om te klonteren en biofilms te vormen aanzienlijk.

“De afhankelijkheid van C. auris van twee adhesie-eiwitten om zich te hechten en klonters te vormen, maakt van hen een interessante piste voor de ontwikkeling van nieuwe behandelingen”, aldus Van Dijck. “Schimmelkolonies die geen biofilms kunnen vormen, zouden immers vatbaarder zijn voor bestaande antischimmelmiddelen waardoor ziekenhuisomgevingen sneller komaf kunnen maken met resistente en hardnekkige C. auris-infecties.”

Bron: KU Leuven