Monoklonale antilichamen bij astma geven bijwerkingen

Bijwerkingencentrum Lareb ontving 538 meldingen

Met de komst van de monoklonale antilichamen zijn er nieuwe behandelmogelijkheden voor patiënten met ernstige astma. In Nederland zijn dit omalizumab, benralizumab, mepolizumab, reslizumab en dupilumab. Bijwerkingencentrum Lareb ontving 538 meldingen. 

De bijsluiter noemt hoofdpijn, keelontsteking en injectieplaatsreacties als meest voorkomende bijwerkingen van omalizumab, benralizumab en mepolizumab. Voor reslizumab zijn dit spierpijn, een verhoogd creatininekinase (een maat voor schade aan spierweefsel) en allergische reacties. Bij dupilumab staan injectieplaatsreacties in de bijsluiter als vaak voorkomende bijwerking bij astma patiënten. Bij patiënten met atopisch eczeem zijn jeuk aan de ogen, bindvliesontsteking en ooglidontsteking veel voorkomende bijwerkingen van dupilumab. 

De meeste meldingen bij Lareb gaan over benauwdheid bij omalizumab en bindvliesontsteking bij dupulimab. Op benralizumab, mepolizumab en reslizumab zijn de klachten hoofdpijn en benauwdheid het meest gemeld. 

Er is op dit moment extra aandacht voor oogheelkundige bijwerkingen van dupilumab. Naast niet-ernstige oogklachten, zijn er nu ook meer ernstige oogaandoeningen gezien, zoals achteruitgang van het hoornvlies. Patiënten die dupilumab gebruiken voor atopisch eczeem lijken een hoger risico te hebben op het ontwikkelen van oogklachten. 

Lees hier het artikel in het Pharmaceutisch Weekblad.

Tags bij dit artikel:

• astma
• Lareb
• meldingen
• ernstig
• benauwdheid
• antilichamen
• hoofdpijn
• spierpijn