Bezuinigingen op hulp bij huishouden, hulpmiddelen en vervoer

Steeds vaker lopen mensen met een beperking aan tegen bezuinigingen in het sociaal domein. Dat belemmert hun volwaardige deelname aan de samenleving. Ieder(in) heeft daarom op verschillende manieren signalen verzameld over bezuinigingen op maatschappelijke ondersteuning, jeugdhulp en participatievoorzieningen.

Achterban trekt aan de bel
In het najaar van 2020 trokken steeds meer lidorganisaties bij Ieder(in) aan de bel vanwege – soms ingrijpende – bezuinigingen in het sociaal domein van hun gemeente. Reden voor Ieder(in) om hierover een peiling te houden onder lokale belangenbehartigers en een ledenbijeenkomst te organiseren. De uitkomsten van die peiling en de inbreng tijdens de bijeenkomst, geven samen met individuele signalen die Ieder(in) heeft ontvangen eenzelfde beeld. Namelijk een van flinke bezuinigingen op allerlei vormen van ondersteuning in de gemeenten.

Bezuinigingen op hulp bij huishouden, hulpmiddelen en vervoer
Wat betreft de Wmo vallen allereerst de bezuinigingen op de hulp bij het huishouden op. Dat hangt onder andere samen met de discussie over het abonnementstarief Wmo. Die zou volgens veel gemeenten leiden tot een toestroom van nieuwe cliënten voor hulp bij het huishouden. Daardoor nemen de Wmo-uitgaven toe.

Als tweede komen bezuinigingen op hulpmiddelen naar voren. Steeds vaker worden eenvoudiger hulpmiddelen hergebruikt of via een depot beheert. Daardoor krijgen inwoners niet altijd een passend hulpmiddel. Met hulpmiddelenleveranciers is het daarnaast vooral bij complexe aanvragen lastig om goede afspraken te maken over maatwerk.

Bezuinigingen op aanvullend vervoer komen als derde naar voren. Gemeenten verscherpen de voorwaarden, verlagen of maximeren het aantal kilometers of verhogen de eigen bijdrage. Ook zetten gemeenten vervoersvoorzieningen in als algemene voorziening, die voorheen maatwerk waren. Deze bezuinigingen hebben een vlucht genomen sinds de coronacrisis. De zelfstandige mobiliteit gaat daarmee sterk achteruit.

Jeugdhulp: draaglast neemt toe, hulp schiet te kort
Op jeugdhulp lijkt op allerlei manier gekort te worden: langer verwijzen naar eigen kracht, minder toekennen van maatwerkvoorzieningen en oprekken van het begrip gebruikelijke zorg. In alle gevallen komt het erop neer dat ouders minder beroep kunnen doen op ondersteuning. Zeker voor ouders met een kind met een intensieve hulpvraag neemt daardoor hun draaglast toe en krijgen zij vaak niet de hulp die ze nodig hebben.

PGB wordt ontmoedigd
Het valt op dat sommige gemeenten het persoonsgebonden budget ontmoedigen. Dat geldt zowel voor maatschappelijke ondersteuning als voor jeugdhulp. Dit is niet in lijn met de wetgeving, waarin het PGB een volwaardig alternatief is voor zorg in natura. Het ontmoedigingsbeleid raakt vooral inwoners met meer gecompliceerde hulp- en ondersteuningsvragen, waarvoor de zorg in natura die de gemeente heeft ingekocht niet voldoet.

Participatiewet
Ondanks de invoering van de Participatiewet komt er uit de enquête en andere signalen naar voren dat gemeenten steeds strengere eisen stellen om in aanmerking te komen voor participatievoorzieningen. Ook is er minder budget voor re-integratievoorzieningen. Zo wordt de kans op werk verder verkleind. Bezuinigingen op bijzondere bijstand komen ook voor. Hierdoor vervallen mogelijk meer mensen in armoede.

De signalen en uitkomsten van de enquête en bijeenkomst nemen we mee in onze lobby en overleggen met ministeries en maatschappelijke organisaties.

 Kijk hier voor meer informatie