De wetenschappers ontwikkelen in het project ‘Stress-in-Action’ nieuwe methoden om stress in het dagelijks leven te meten én te reduceren
Hoogleraar en internist prof. Liesbeth van Rossum is een van de gelukkigen die aan de slag kan met een Zwaartekrachtsubsidie van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Ze gaat haar studies naar stress en stress-gerelateerde ziekten, zoals obesitas, hart- en vaatziekten en mentale ziekten, verder verdiepen.
Van Rossum maakt deel uit van een consortium met daarin onderzoekers van het Erasmus MC, VU Amsterdam, UMC Groningen, de Rijksuniversiteit Groningen en de Universiteit Twente.
19,6 miljoen
De wetenschappers ontwikkelen in het project ‘Stress-in-Action’ nieuwe methoden om stress in het dagelijks leven te meten én te reduceren. Daardoor hopen de onderzoekers stress-gerelateerde ziekten in de toekomst te voorkomen. Het consortium krijgt 19,6 miljoen euro, waarvan 3,6 miljoen naar onderzoekers in het Erasmus MC gaat.
Dankzij de subsidie kunnen onderzoekers van verschillende afdelingen van het Erasmus MC de komende tien jaar intensief samenwerken met onderzoekers van genoemde universitaire instituten.
Modewoord
Het in kaart brengen van de impact van stress op ons dagelijks leven is noodzakelijk om de volksgezondheid en het welzijn van de bevolking te verbeteren, vindt Van Rossum, namens het Erasmus MC een van de hoofdaanvragers van het project.
Obesitas
‘Als stress vaak voorkomt en lange tijd hoog blijft, kan dit depressie, angst en burn-out maar ook obesitas, hart- en vaatziekten, en diabetes veroorzaken. Desondanks lijkt stress het ‘modewoord’ van het moderne leven en wordt er onvoldoende aan gedaan.’
In de huidige maatschappij ervaren veel mensen dagelijks een vorm van stress. ‘Stress-gerelateerde ziekten vormen wereldwijd een enorme ziektelast en hebben ook negatieve maatschappelijke gevolgen’, vult ze aan.
Hoewel er veel onderzoek wordt gedaan naar stress, is over de individuele patronen van stressreacties nog maar weinig bekend. ‘We weten ook niet hoe stress bij een individu goed te meten is. Hierdoor weten we onvoldoende wat de dagelijkse stress die veel mensen ervaren voor gevolgen heeft voor de gezondheid op de langere termijn en hoe deze op individueel niveau kan worden aangepakt.’
Nieuwe technologie
Een voordeel van het huidige onderzoek naar stress is dat de technologie en methoden om stressonderzoek van het laboratorium naar het dagelijks leven te verplaatsen, vooruit is gegaan, stelt Van Rossum. ‘Door alle nieuwe technologie kunnen we beter en sneller onderzoek doen naar stress en de invloed op de mens. Dit maakt de ontwikkeling van nieuwe monitoring- en interventiestrategieën mogelijk. Als dat lukt, kunnen we stress in het dagelijks leven en de impact ervan op de gezondheid gaan volgen en verminderen.’
Van Rossum gaat aan het consortium bijdragen in samenwerking met prof. Manon Hillegers (Kinder- en jeugdpsychiatrie), prof. Eric Boersma (Cardiologie), Dr. Maryam Kavousi (Epidemiologie) en prof. Dimitris Rizopoulos (Biostatistiek). ‘Met elkaar gaan we in kaart brengen hoe reacties op stress in het dagelijks leven voortkomen uit het samenspel tussen genetische aanleg, omgevingsfactoren, duur en mate van de stress, en persoonsspecifieke factoren. Ook brengen we in kaart hoe de schadelijke effecten op de gezondheid ontstaan en ook hoe die kunnen worden voorkomen in de toekomst.’
In totaal heeft de regering ruim 142 miljoen euro toegekend voor zeven consortia met topwetenschappers van verschillende Nederlandse universiteiten.