Deze zogeheten DHOPE-COR-NMP-procedure is bedacht, onderzocht én wordt toegepast in het UMC Groningen en het Erasmus MC Transplantatie Instituut
Een complexe procedure waarbij de donorlever buiten het lichaam wordt afgekoeld, zuurstof krijgt toegediend en geleidelijk weer wordt opgewarmd, zorgt ervoor dat levers met lichte schade tóch transplantabel worden. De werkwijze leidde tot een record aantal levertransplantaties in 2024 in het Erasmus MC Transplantatie Instituut en het UMCG in Groningen. En dat is goed nieuws voor mensen die op de wachtlijst staan.
Deze zogeheten DHOPE-COR-NMP-procedure is bedacht, onderzocht én wordt toegepast in het UMC Groningen en het Erasmus MC Transplantatie Instituut. Inmiddels wordt een kwart van de levers die in Rotterdam en Groningen worden getransplanteerd, op deze manier behandeld.
‘Nog altijd komt voor een deel van de wachtenden op een levertransplantatie een donorlever te laat. Dat is onverteerbaar en daarom zoeken wij naar manieren om meer levers voor transplantatie beschikbaar te krijgen’, vertelt transplantatiechirurg prof. dr. Robert Porte van het Erasmus MC Transplantatie Instituut, die aan de wieg stond van de werkwijze.
Op papier
Deze bewezen effectieve, maar ingewikkelde procedure is nu stap voor stap op papier gezet, en is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Protocols. Leverspecialisten en transplantatiechirurgen in andere ziekenhuizen kunnen het protocol nu zelf nalezen en implementeren in hun dagelijkse praktijk.
Chirurgen Erasmus MC en UMC Groningen delen hun kennis met de rest van de wereld ‘Wij krijgen vaak bezoek van professionals uit het buitenland die willen zien hoe wij te werk gaan ‘, vertelt Porte. ‘Zij zijn onverminderd welkom om hier mee te lopen, maar ze kunnen de procedure nu ook nog stap voor stap nalezen.’
Porte’s collega Vincent de Meijer van het UMC Groningen beaamt: ‘Door deze publicatie is het protocol nu toegankelijk voor ieder centrum ter wereld dat levertransplantaties doet. We hopen dat zoveel mogelijk centra van deze techniek gebruik gaan maken. Het is veilig voor de ontvangers en zorgt er voor dat we meer patiënten een nieuwe lever en daarmee een nieuw leven kunnen geven.’
Opgewarmd
De procedure werkt in grote lijnen als volgt. Na uitname wordt de lever afgekoeld naar 8 graden celsius en op ijs bewaard. De lever wordt vervolgens vervoerd naar het universitaire ziekenhuis waar de ontvangende patiënt wacht op de transplantatie. Daar wordt de lever op een speciale pomp aangesloten. Bij een temperatuur van 8 tot 10 graden wordt een zuurstofrijke vloeistof toegediend.
Vervolgens wordt het orgaan op dezelfde pomp geleidelijk opgewarmd tot 37 graden. Porte: ‘Wat dan volgt is een soort ‘testrit’. We gaan kijken hoe de lever het doet. We meten allerlei stoffen? in de vloeistof waarmee de lever wordt doorspoeld en we analyseren de kwaliteit van de gal die de lever maakt. Aan de hand daarvan bepalen we de kwaliteit van de lever en de galwegen. Aangedane galwegen geven namelijk het vaakst complicaties na een transplantatie.’
Als al deze stappen doorlopen zijn, beslist de transplantatiechirurg of het orgaan goed is om te transplanteren. ‘Van de levers die voorheen werden afgekeurd voor transplantatie, blijkt een derde uiteindelijk inderdaad niet geschikt. Maar twee derde blijkt na de complexe machinale perfusie methode juist wél geschikt. Dat is niet alleen goed voor de ontvangende patiënt. Er wordt zo ook recht gedaan aan de donor die na zijn dood zijn organen ter beschikking heeft gesteld.’
De procedure wordt uitgevoerd door een orgaanperfusionist, een nieuw beroep waarvoor het UMC Groningen twee jaar geleden een opleiding creëerde. ‘Je moet de orgaanperfusionist zien als een IC-arts voor een orgaan. Je moet het proces urenlang nauwkeurig monitoren en waar nodig bijsturen. Dat is best een ingewikkelde procedure met een aantal kritieke stappen.’
Wat ging vooraf
In 2024 werden ruim 300 levers voor transplantatie aangemeld. Over een kwart bestond twijfel of ze het goed zouden doen in het lichaam van de ontvangende patiënt.
Tot 10 jaar geleden was in de transplantatiegeneeskunde het adagium: bij twijfel niet transplanteren. Maar omdat de vraag naar donorlevers eerder toe- dan afneemt, en potentiële donoren ouder zijn en vaak met aandoeningen kampen, gingen artsen en onderzoekers aan de slag met verbetering van de donorlevers.
Aanvankelijk ontdekte men dat toediening met zuurstof en koude vloeistoffen hielp om verdere schade aan de donorlever te beperken. Later ontdekte men in het UMC Groningen dat een vervolgbehandeling met warme vloeistof de lever in betere conditie brengt en dat de lever op die manier getest kan worden. Een combinatie van koude en warme perfusie blijkt het beste resultaat te geven. In het Erasmus MC Transplantatie Instituut en het UMC Groningen is deze procedure inmiddels gewone praktijk. De behandeling wordt vergoed door de ziektekostenverzekeraars.
Complexe zorg
Als universitair medisch centrum richt het Erasmus MC zich op patiënten die complexe zorg nodig hebben en op patiënten met een zeldzame aandoening. Voor die patiënten beschikken wij over de specifieke expertise en voorzieningen. Zoals beschreven in Koers28, de strategie van het Erasmus MC.
Bron: Erasmus MC