De inspecties hebben de WSS opgelegd een verbeterplan te maken en transparant te zijn over de haalbaarheid en duurzaamheid van de verbeteringen
De uitvoering van jeugdbeschermings- en jeugdreclasseringsmaatregelen door de William Schrikker Stichting (WSS JB&JR) is grotendeels onvoldoende. Dat concluderen de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en de Inspectie Justitie en Veiligheid. Jeugdigen (en hun ouders) krijgen niet tijdig de bescherming, begeleiding en hulp die zij nodig hebben. De onderliggende oorzaken hiervoor liggen veelal buiten de invloedssfeer van de WSS. Daarom leggen de inspecties geen maatregel aan de WSS op. Wel moet de WSS een verbeterplan opstellen. De inspecties houden het vervolg nauwlettend in de gaten.
De WSS beschermt en begeleidt gezinnen waarvan de ouders en/of de jeugdige een (licht verstandelijke) beperking hebben. De WSS voert ruim 8.000 jeugdbeschermings- en jeugdreclasseringsmaatregelen uit en is daarmee de grootste jeugdbeschermingsorganisatie van Nederland.
Dit is er aan de hand
De inspecties zien alle inspanningen van medewerkers van de WSS. Zij zijn betrokken en werken onder hoge druk. Ze werken in complexe situaties met ouders en/of jeugdigen met een beperking, waar sprake is van een ontwikkelingsbedreiging, onveiligheid of het risico van recidive van strafbaar gedrag.
Toch komen de inspecties tot de conclusie dat de uitvoering bij de WSS grotendeels onvoldoende is. De WSS betrekt jeugdigen en ouders onvoldoende in alle stappen van de uitvoering van de maatregelen. De WSS heeft onvoldoende zicht op de ontwikkeling en de veiligheid van alle jeugdigen. De inspecties zien verder te weinig regie over de hulpverlening aan zowel de jeugdige als de ouders. Mede bepalend in het oordeel van de inspecties is de werkwijze van de WSS voor gezinnen die geen vaste jeugdzorgwerker hebben. De WSS slaagt er tot slot onvoldoende in om tijdig passende hulp in te zetten, onder andere doordat de hulp onvoldoende beschikbaar of toegankelijk is. Gemeenten zijn hier verantwoordelijk voor.
De inspecties zien de negatieve effecten hiervan voor jeugdigen en gezinnen die met een jeugdbeschermings- of jeugdreclasseringsmaatregel te maken hebben en voor jeugdzorgwerkers van de WSS.
De inspecties hebben er geen vertrouwen in dat de WSS erin slaagt om alle geconstateerde normafwijkingen binnen afzienbare tijd weg te nemen. Dit komt doordat de onderliggende oorzaken veelal buiten de invloedssfeer van de WSS liggen. Onder andere het structurele arbeidsmarkttekort aan gekwalificeerd personeel en een onvoldoende beschikbaar en toegankelijk hulpaanbod zijn belangrijke onderliggende externe oorzaken. De inspecties zien handhaving bij de WSS daarom niet als effectief middel.
Hoe nu verder
De inspecties hebben de WSS opgelegd een verbeterplan te maken en transparant te zijn over de haalbaarheid en duurzaamheid van de verbeteringen. De inspecties vertrouwen erop dat de WSS naar aanleiding van het rapport verbeteringen binnen de eigen invloedsfeer doorvoert en expliciet aandacht besteedt aan implementatie en borging daarvan. De inspecties zullen dit blijven volgen.
De inspecties verwachten daarnaast dat het bestuur transparant is over tekortkomingen en over de negatieve effecten hiervan voor jeugdigen en hun gezinnen, ook als deze niet (geheel) in de eigen invloedsfeer liggen. De inspecties benadrukken dat hun toezicht niet zal leiden tot tijdige passende bescherming, begeleiding en hulp aan elke jeugdige waarvoor de WSS een maatregel uitvoert, zolang niet ook de onderliggende oorzaken van de normafwijkingen zijn weggenomen. De inspecties verwachten van het bestuur en betrokken stakeholders wel dat zij problemen – meer dan nu het geval is – blijven agenderen en met effect aanpakken, en niet berusten in onmacht.
Aanleiding toezicht
In maart 2025 deden de inspecties onderzoek bij de WSS. Naast het toezicht bij de WSS voeren de inspecties dit onderzoek uit bij 4 andere gecertificeerde instellingen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering. De inspecties begonnen bij de WSS vanwege het geïntensiveerde toezicht dat bij deze organisatie loopt naar aanleiding van de zaak waarvan een meisje in Vlaardingen het slachtoffer werd.
In 2022 constateerden de inspecties in een signaalbrief al dat het instrumentarium van de inspecties om te interveniëren in de jeugdbeschermingsketen uitgeput is. Voor het toezicht op de jeugdbeschermingsketen kondigden zij toen aan dat zij niet meer optreden als de oorzaken van het niet naleven van wet- en regelgeving liggen in een ontoereikend aanbod van jeugdbescherming en jeugdhulp.
Lees het rapport
Rapport en reactie William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering
Bron: IGJ