Een aanzienlijk deel van de zorgorganisaties heeft onvoldoende/geen afspraken over behandeling kunnen maken, terwijl cliënten daar wel recht op hebben en behandeling nodig is

Elk jaar maken zorgorganisaties in de Wlz afspraken met zorgkantoren over de prijs, het volume en de kwaliteit van de zorg voor het volgende kalenderjaar. Uit de elfde ActiZ-evaluatie (N=150) inkoop verpleeghuiszorg 2018 blijkt dat zorgorganisaties – net als vorig jaar - een positieve verandering ervaren in hun dialoog met het zorgkantoor. De vorig jaar ingezette trend zet zich door: er is sprake van een beter gesprek tussen het zorgkantoor en de zorgorganisatie over kwaliteitsverbetering verpleeghuiszorg, al zijn er verschillen per regio. Wlz-uitvoerders, waartoe de zorgkantoren behoren, hebben het afgelopen jaar voor het eerst ingekocht op basis van het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg ‘Samen leren en verbeteren’. 

Ook blijkt dat er meer ruimte is voor persoonsvolgende bekostiging, waarbij het geld de keuze van de cliënt volgt. Zorgorganisaties lopen echter nog steeds een risico, aangezien ze pas laat in het jaar weten of de geleverde zorg daadwerkelijk bekostigd wordt. Als het regiobudget is uitgeput volgt er namelijk alsnog een budgetmodel met plafond of wordt het tarief alsnog naar beneden bijgesteld. Helaas korten alle Wlz-uitvoerders in 2018 wederom zelf op het NZa-tarief. De tarieven komen 3 tot 6,5% lager uit dan het landelijk vastgestelde tarief door de NZa. ActiZ pleit net als vorig jaar voor landelijk vaste reële tarieven om te kunnen voldoen aan de vereiste zorg en behandeling. 

Zorgorganisaties hebben behoefte aan meerjarenafspraken. 44% van de zorgorganisaties heeft voor het eerst voor 2018-2020 een meerjarenafspraak gemaakt met het zorgkantoor. Daarnaast had 45% al een doorlopende meerjarenafspraak voor 2017 en 2018 of een andere meerjarenafspraak. Bij slechts 15% van de zorgorganisaties heeft de meerjarenafspraak ook betrekking op de tarieven. Van de respondenten die een doorlopende meerjarenafspraak hadden, geeft 61% aan dat er sprake was van een vermindering in de administratieve lasten bij de zorgcontractering 2018. 

Verbeterpunten
Een aanzienlijk deel van de zorgorganisaties heeft onvoldoende/geen afspraken over behandeling kunnen maken, terwijl cliënten daar wel recht op hebben en behandeling nodig is. Opvallend hierbij zijn de grote verschillen tussen de Wlz-uitvoerders. De bekostiging van de geleverde zorg van mensen met een zware zorgvraag staat het meest onder druk.

Om effectief te kunnen investeren in medewerkers en kwaliteit van zorg is snel inzicht nodig over wat er aan zorg en behandeling wordt vergoed. Weliswaar zijn hier positieve stappen in gemaakt maar vanuit het stelsel is deze informatie laat beschikbaar. Deze onzekerheid voor de bedrijfsvoering komt de kwetsbare ouderen die zorg nodig hebben niet ten goede.  

Zorgorganisaties willen echte meerjarenafspraken met het zorgkantoor aangaan. Deze afspraken moeten gaan over persoonsvolgende bekostiging, een reëel vast tarief, en maatwerkafspraken die recht doen aan de implementatie van het kwaliteitskader en de regionale agenda. Hierbinnen kunnen zorgorganisaties investeren in goed werkgeverschap en vastgoed en is er ruimte voor  (technologische) vernieuwingen.

Zorgorganisaties zien dat de meeste aspecten van het inkoopbeleid 2018 afgezet tegen het inkoopbeleid 2017 onveranderd zijn gebleven. De grootste verbeteringen zien respondenten (59%) op het gebied van vermindering administratieve lasten gevolgd door meerjarenafspraken (54%) en vereenvoudiging inkoopbeleid (53%). Voor het verbeteren van het inkoopbeleid 2019 hebben zorgorganisaties diverse suggesties gedaan. Zorgorganisaties benadrukken dat de bekostiging daadwerkelijk persoonsvolgend moet worden, willen geen tariefafslagen en wensen verdere vereenvoudiging van het inkoopbeleid.