Een rookvrije start zorgt er onder andere voor dat de kans daalt op een miskraam, vroeggeboorte, wiegendood, astma en een verstoorde groei en ontwikkeling van de baby

Máxima Medisch Centrum (MMC) heeft zich aangesloten bij de landelijke Taskforce Rookvrije Start. “We willen nog meer aanstaande ouders helpen bij het stoppen met roken”, zegt gynaecoloog Michelle Westerhuis. “Ieder kind verdient een rookvrije start.”

Doel van het landelijke initiatief is dat zoveel mogelijk (aanstaande) ouders rookvrij worden en blijven. Daarvoor traint de Taskforce zorgverleners in het begeleiden van zwangere vrouwen die willen stoppen met roken. Zo ook in MMC. Al tijdens het eerste gesprek maken de verloskundige en/of gynaecoloog zwangeren bekend met de risico’s van roken. Westerhuis: “Ook bespreken we, zonder aan te dringen, wat de motivatie is om te stoppen. En we bieden – als de patiënt professionele hulp kan gebruiken – individuele begeleiding aan via Sinefuma. Daar werken we mee samen.”

Nog in ontwikkeling
Volgens Westerhuis zorgt een rookvrije start er onder andere voor dat de kans daalt op een miskraam, vroeggeboorte, wiegendood, astma en een verstoorde groei en ontwikkeling van de baby. “Schadelijke stoffen uit sigaretten – zoals nicotine en koolmonoxide – komen via de navelstreng en placenta bij de ongeboren baby terecht. Bij volwassenen zijn de lever en nieren in staat een deel van die stoffen zelf op te ruimen. Maar bij ongeboren baby’s zijn deze organen nog in ontwikkeling. Dat maakt het extra schadelijk voor de baby.” Door het roken komen er bovendien minder voedingsstoffen en zuurstof bij de baby terecht, wat kan resulteren in diverse afwijkingen.

Kinderwens
De begeleiding bij het stoppen met roken is er niet alleen voor zwangere vrouwen, maar ook voor vrouwen waarbij het niet lukt om spontaan zwanger te raken. Roken vermindert de vruchtbaarheid, zowel bij vrouwen als mannen. “Op de polikliniek fertiliteit krijgen zij dezelfde begeleiding als zwangere vrouwen. Ook voor hen is er de mogelijkheid om via Sinefuma professionele hulp in te schakelen.”