Staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken vindt dat mensen in de bijstand een verplichte wederdienst moeten leveren voor het behoud van hun uitkering
Er wordt een wijziging voor de Participatiewet voorbereid. De bedoeling is om iedereen met een bijstandsuitkering een passend aanbod te doen. Staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken vindt dat mensen in de bijstand een verplichte wederdienst moeten leveren voor het behoud van hun uitkering. Ze wil in de wet vastleggen dat alle mensen met een bijstandsuitkering voortaan een “passend aanbod” moeten krijgen van hun gemeente. De uitkeringsontvangers mogen dat aanbod niet zomaar afwijzen, anders worden ze mogelijk gekort.
Een eigen aanpak
Ieder(in) vindt het positief dat er persoonlijke aandacht is in de vorm van een gesprek. Het gesprek zal gericht zijn op een passend aanbod in de brede zin (ook mantelzorg of vrijwilligerswerk) en biedt mogelijkheden op het gebied van ontwikkeling en activering. Na een uitvraag bij de achterban komen er ook knelpunten naar voren. Mensen met een beperking of chronische aandoening hebben te maken met (een combinatie van) complexe problemen. Zij hebben daarom een eigen aanpak nodig. Dit vraagt iets anders dan een verplichte wederdienst voor behoud van uitkering. Er moet bijvoorbeeld een goed begeleidingstraject komen om deze mensen naar werk te helpen.
Een garantie voor een gelijkwaardig gesprek
Een gesprek over een passend aanbod moet plaatsvinden vanuit gelijkwaardigheid. Mensen die afhankelijk zijn van de bijstand kunnen een gesprek met de gemeente over een wederdienst als dwingend en verplichtend ervaren. Deze positie is niet gelijkwaardig.
Ieder(in) wil een wettelijke garantie op een gelijkwaardig gesprek. Er moet verplicht een onafhankelijke cliëntondersteuner aangeboden worden en beschikbaar zijn. Deze moet het gesprek voorbereiden, het aanbod toetsen en controleren of iemand begrijpt wat er wordt afgesproken. Iemand mag zich niet gedwongen voelen om een aanbod als passend te accepteren.
De kwaliteit van het gesprek
De wijziging in de wet moet doorgevoerd worden zonder extra financiële middelen voor gemeenten. Terwijl er wel van de gemeente wordt gevraagd intensiever contact te hebben met de uitkeringsontvangers. Zonder extra financiële middelen is het onzeker of de kwaliteit van het gesprek gegarandeerd kan worden.
Conclusie
Ieder(in) vindt dat de wijziging van de wet geen doorgang kan vinden. Er moeten eerst goede voorwaarden worden vastgesteld en vastgelegd voor de wijziging goed kan werken voor mensen met een beperking.
Ruth (gefingeerde naam): ik begrijp de gedachte achter deze maatregel, maar vanuit elk perspectief die ik kan bedenken zal dit meer nadelen dan voordelen opleveren voor alle betrokkenen. Wanneer deze maatregel een claimbaar recht zou zijn, dus waarin de cliënten de regie hebben, zou ik het een goed idee vinden. Intrinsieke motivatie werkt immers beter voor iedereen dan dwang.